Al enkele jaren hebben Nederlandse apotheken te kampen met een sterk toenemend aantal leveringsproblemen. De groothandels hebben inmiddels samen met de KNMP de handen ineengeslagen om duidelijkheid te verschaffen over de omvang ervan. Hiervoor is door de SFK de Monitor leveringsproblemen preferente geneesmiddelen gelanceerd. Deze laat voor januari 2019 het aantal van 445 niet leverbare preferente artikelen zien. In totaal waren vorig jaar 769 geneesmiddelen tijdelijk of definitief niet leverbaar.
Over de oorzaak van de tekorten bestaan grote verschillen van inzicht. Apothekers leggen de schuld bij het preferentiebeleid, waardoor er voor fabrikanten in Nederland weinig meer te verdienen zou zijn. Zorgverzekeraars wijzen op maffiose apothekers die schaarse geneesmiddelen voor eigen gewin doorverkopen naar het buitenland. Minister Bruno Bruins denkt op zijn beurt dat het probleem veroorzaakt wordt door groothandels en apothekers die te weinig voorraad aanhouden en zoekt de oplossing in een verplichte, ijzeren voorraad van drie tot vier maanden. De meeste tekorten duren slechts enkele weken, aldus de minister. Een grotere voorraad zou de problemen dus grotendeels oplossen.
Je hoeft geen logistiek genie te zijn om te snappen dat het voorstel van de minister geen oplossing voor de meeste leveringsproblemen zal zijn. Een geneesmiddelproductie is geen lokale koekjesfabriek. Wanneer een fabrikant niet kán leveren vanwege een productieprobleem of niet wíl leveren vanwege een betere prijs in een ander land, zal het tekort zich, ondanks een aangelegde voorraad, toch vroeg of laat manifesteren. En heeft minister Bruins al nagedacht hoe een wettelijke medicijnvoorraad te controleren en te handhaven valt en welke extra ruimte de apotheek en de groothandel nodig hebben om een dergelijke hoeveelheid producten op te slaan?
Het idee om een voorraad van minimaal vier maanden aan te houden, is een door spierballentaal omgeven politieke proefballon die totaal onhaalbaar en volstrekt niet de oplossing van het probleem is. Maar wellicht levert deze ‘daadkracht’ de minister wel weer vier maanden uitstel op voor het nemen van een duurdere beslissing. De oplossing van het probleem komt pas echt dichterbij, wanneer er een realistischer prijs wordt betaald voor medicijnen en wanneer er sanctioneerbare leveringsgaranties geëist worden van leveranciers die deelnemen aan aanbestedingen.
Jos Lüers, hoofdredacteur
redactie@pharmaselecta
januari 2019